stormliepen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stormliepen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- storm·lie·pen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stormlopen |
stormliepen
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van stormlopen
- ...dat wij stormliepen.
- ...dat jullie stormliepen.
- ...dat zij stormliepen.
- ...dat wij stormliepen.