spektor
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- spek·tor
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spek zn en tor zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spektor | spektorren |
verkleinwoord | spektorretje | spektorretjes |
Zelfstandig naamwoord
- (kevers) insect uit de familie Dermestidae van kevers. De wetenschappelijke familienaam werd in 1804 voorgesteld door Pierre André Latreille
Hyponiemen
- Australische tapijtkever, driebandkever, gewone spekkever, gewone tapijtkever, helmkruidbloemkever, museumkever, pelskever, vogelnestkever, zwartbruine spekkever
Gangbaarheid
- Het woord 'spektor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.