Naar inhoud springen

schoolzwemt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • school·zwemt
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
schoolzwemmen

schoolzwemt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schoolzwemmen
    • ... dat jij schoolzwemt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schoolzwemmen
    • ... dat hij schoolzwemt. 
    • Maar of je harder gaat lopen, hoger kunt springen of sneller schoolzwemt op een muesli-reep is de vraag. [1]
    • Maar over dezelfde periode daalde het aantal basisschoolkinderen dat schoolzwemt wel significant. [2]

Gangbaarheid

Verwijzingen