schedelletsel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sche·del·let·sel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schedel zn en letsel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schedelletsel | schedelletsels |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het schedelletsel o
- (medisch) beschadiging van de schedel (en de daarin gelegen hersenen) door uitwendig geweld
- ▸ Baksteen oorzaak schedelletsel Kiliaan NoppenAmsterdam, 24 sept.[1]
- ▸ Zaterdag werd de Russische journalist Oleg Kasjin van een onafhankelijke nationale krant aangevallen op straat. Hij liep daarbij schedelletsel, twee gebroken benen en een gebroken kaak op.[2]
- ▸ Uit onderzoek is gebleken dat de verdachten in de nacht van 14 op 15 september, met tussenpozen, tot vier keer toe tegen het hoofd, de nek en het lichaam van de man hebben geschopt. Pas toen de man bewegingsloos op de Oranjesingel in Nijmegen bleef liggen, stopten zij hier mee. De verdachten lieten de man op straat achter met rug- en schedelletsel.[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord schedelletsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij , ISBN 9789023479925
- ↑ Weblink bron “Weer Russische journalist belaagd” (08-11-2010), NOS
- ↑ Weblink bron “Acht jaar geëist voor mishandeling” (31-07-2013), NOS