rivaliserende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ri·va·li·se·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | rivaliseren |
rivaliserende
- verbogen vorm van rivaliserend, het onvoltooid deelwoord van rivaliseren
Gangbaarheid
- Het woord 'rivaliserende' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.