revertía

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
reverter

revertía

  1. eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van reverter
  2. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van reverter
vervoeging van
revertir

revertía

  1. eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van revertir
  2. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van revertir