regieverpleegkundige

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·gie·ver·pleeg·kun·di·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord regieverpleegkundige regieverpleegkundigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de regieverpleegkundigev / m

  1. (medisch) verpleegkundige die een coördinerende taak heeft
     Verpleegkundigen in de zeven academische ziekenhuizen zijn positief over een proef met de regieverpleegkundige. Dat is een nieuw soort coördinerend verpleegkundige.[1]
     Minister Bruno Bruins voor Medische Zorg wil met de Wet BIG II onderscheid maken tussen hbo-opgeleide en mbo-opgeleide verpleegkundigen. Voor de eerste groep wordt de functie regieverpleegkundige geïntroduceerd. In juni werd de overgangsregeling voor de nieuwe wet, die mede is ondertekend door werkgevers, vakbonden en beroepsorganisaties, gepresenteerd door de minister.[2]
     Volgens de minister is het maken van onderscheid een wens die leeft onder zowel de beroepsorganisatie als de beroepsleden. Als dat wordt toegepast, kunnen verpleegkundigen beter worden ingezet voor de taken waarvoor ze zijn opgeleid, is het argument vóór. Ook speelt mee dat voor hbo-verpleegkundigen de functie 'regieverpleegkundige' wordt geïntroduceerd.[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 10 juli 2023 Weblink bron
    Rinke van den Brink
    “'Nieuwe functie regie-verpleegkundige kan goed werken'” (Woensdag 7 augustus 2019, 19:47), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 10 juli 2023 Weblink bron
    Hatixhe Raba
    “Grote onrust onder verpleegkundigen: 'Nieuwe wet moet van tafel'” (Dinsdag 6 augustus 2019, 16:00), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 10 juli 2023 Weblink bron “Omstreden zorgwetsvoorstel 'kan integraal teruggedraaid worden', zegt minister” (Donderdag 22 augustus 2019, 00:59), NOS