radiostudio

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ra·dio·stu·dio
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord radiostudio radiostudio's
verkleinwoord radiostudiootje radiostudiootjes

Zelfstandig naamwoord

de radiostudiom

  1. (media) een ruimte die ingericht is om radioprogramma's te maken
    • Het Utrechtse TivoliVredenburg wordt die week omgetoverd tot het Serious Request-hoofdkwartier. Ook vanuit die plek, met een radiostudio, krijgen de zwervende en onderweg radio makende presentatoren opdrachten ingefluisterd. [1] 

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen