predestineerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pre·des·ti·neer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
predestineren |
predestineerde
- enkelvoud verleden tijd van predestineren
- Ik predestineerde.
- Jij predestineerde.
- Hij, zij, het predestineerde.
- Ik predestineerde.