potestaat

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  potestaat    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• po·tes·taat

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van het Latijn

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	potestaat	potestaten
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de potestaat m

1. machthebber

Gangbaarheid

• Het woord potestaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "potestaat" herkend door:

15 %	van de Nederlanders;
19 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.