polymeriseerden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- po·ly·me·ri·seer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
polymeriseren |
polymeriseerden
- meervoud verleden tijd van polymeriseren
- Wij polymeriseerden.
- Jullie polymeriseerden.
- Zij polymeriseerden.
- Wij polymeriseerden.