pokračují

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /pɔkratʃʊjiː/
Woordafbreking
  • po·kra·ču·jí

Werkwoord

pokračují

  1. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord pokračovat