percuteerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • per·cu·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
percuteren

percuteerde

  1. enkelvoud verleden tijd van percuteren
    • Ik percuteerde. 
    • Jij percuteerde. 
    • Hij, zij, het percuteerde.