ontgolden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·gol·den
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
ontgelden

ontgolden

  1. meervoud verleden tijd van ontgelden
    • Wij ontgolden. 
    • Jullie ontgolden. 
    • Zij ontgolden. 
  2. voltooid deelwoord van ontgelden