ontfermden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ontfermden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ont·ferm·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ontfermen |
ontfermden
- meervoud verleden tijd van zich ontfermen
- Wij ontfermden ons.
- Jullie ontfermden je.
- Zij ontfermden zich.
- Wij ontfermden ons.