ondersneeuwt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·sneeuwt

Werkwoord

vervoeging van
ondersneeuwen

ondersneeuwt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ondersneeuwen
    • ... dat jij ondersneeuwt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ondersneeuwen
    • ... dat hij ondersneeuwt.