onbemands
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- on·be·mands
Woordherkomst en -opbouw
- onbemand met de uitgang -s
Bijvoeglijk naamwoord
onbemands
- partitief van de stellende trap van onbemand
Gangbaarheid
- Het woord onbemands staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.