omwaste

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·was·te

Werkwoord

vervoeging van
omwassen

omwaste

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omwassen
    • ... dat ik omwaste. 
    • ... dat jij omwaste. 
    • ... dat hij, zij, het omwaste.