normalizarse
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- nor·ma·li·zar·se
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
normalizarse |
normalizaba |
normalizado |
volledig |
Werkwoord
normalizarse
- wederkerend zich normaliseren, weer normaal worden
Verwante begrippen
Verwijzingen
- normalizarse in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española