mokkakleurig

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mok·ka·kleu·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen mokkakleurig mokkakleuriger mokkakleurigst
verbogen mokkakleurige mokkakleurigere mokkakleurigste
partitief mokkakleurigs mokkakleurigers -

Bijvoeglijk naamwoord

mokkakleurig

  1. koffiekleurig; lichtbruin
    • Ook maakte de politie bekend dat de auto is gevonden waarin de daders reden bij de moord. Het is een mokkakleurige Kia Picanto. Het Nederlands Forensisch Instituut werd verder genoemd als belangrijke hulp bij het onderzoek. Niettemin riep de politie mensen op om zich te melden als ze meer weten over de zaak. [1] 
    • In dat oude Stijlboek stond ook nog, stellig: „Als de huidskleur relevant is, beschrijven we wat we zien.” O ja? Maar wát zien ‘we’ dan? Een lezer hekelde eens de beschrijving van de zanger Stromae als „mokkakleurig”. Hij vroeg zich af in welke eeuw de krant leefde. Zulke barokke beschrijvingen zijn al bijna uitgestorven in de kolommen. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. De Telegraaf 20 jun. 2013 Politie: moord op Wiels was huurmoord
  2. NRC Sjoerd de Jong 4 november 2016 Kunnen wit en blank door één deur in dezelfde krant?