modelleerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·del·leer·de

Werkwoord

vervoeging van
modelleren

modelleerde

  1. enkelvoud verleden tijd van modelleren
    • Ik modelleerde. 
    • Jij modelleerde. 
    • Hij, zij, het modelleerde.