mainteneerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • main·te·neer·de

Werkwoord

vervoeging van
mainteneren

mainteneerde

  1. enkelvoud verleden tijd van mainteneren
    • Ik mainteneerde. 
    • Jij mainteneerde. 
    • Hij, zij, het mainteneerde.