maçonniek

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

maçonnieke symbolen
Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·çon·niek
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen maçonniek maçonnieker maçonniekst
verbogen maçonnieke maçonniekere maçonniekste
partitief maçonnieks maçonniekers -

Bijvoeglijk naamwoord

maçonniek

  1. betrekking hebbend op de vrijmetselarij
     In oktober wijdt de vierde editie van het Festival Artonov zich aan een eerder onbelichte kant van Horta - de inspiratie die de architect als vrijmetselaar haalde uit de maçonnieke symbolen en rituelen.[1]

Gangbaarheid

29 % van de Nederlanders;
44 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    edm
    “Zo wordt Victor Horta een jaar lang gevierd in Brussel” (12/12/2017), De Standaard
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be