leegbliezen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: leegbliezen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- leeg·blie·zen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
leegblazen |
leegbliezen
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van leegblazen
- ...dat wij leegbliezen.
- ...dat jullie leegbliezen.
- ...dat zij leegbliezen.
- ...dat wij leegbliezen.