kom neer

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kom neer
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
neerkomen

kom neer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerkomen
    • Ik kom neer. 
  2. gebiedende wijs van neerkomen
    • Kom neer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerkomen
    • Kom je neer? 


Gangbaarheid