knarsetandend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knar·se·tan·dend

Werkwoord

vervoeging van: knarsetanden
verbogen vorm: knarsetandende

knarsetandend

  1. onvoltooid deelwoord van knarsetanden
stellend
onverbogen knarsetandend
verbogen knarsetandende
partitief knarsetandends

Bijvoeglijk naamwoord

knarsetandend

  1. met boosheid of spijt
    • De truck - die op weg was naar Göteborg waar de zangeres morgen zal optreden - blokkeerde urenlang de autosnelweg in beide richtingen, met lange rijen knarsetandende Zweedse chauffeurs tot gevolg. [1] 
    • Zelfs vanachter Wilders sleutelgat in de Tweede Kamer klonk een knarsetandende ondersteuning van Ruttes actie. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen