klonk aaneen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- klonk aan·een
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aaneenklinken |
klonk aaneen
- enkelvoud verleden tijd van aaneenklinken
- Ik klonk aaneen.
- Jij klonk aaneen.
- Hij, zij, het klonk aaneen.
- Ik klonk aaneen.
vervoeging van |
---|
aaneenklinken |
klonk aaneen