kerkdeurtje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kerkdeurtje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɛrəkˌdørcə / (3 of 4 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈkɛrk.dʏːr.cə/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛrk.døːr.tʲə/
Woordafbreking
- kerk·deur·tje
Zelfstandig naamwoord
het kerkdeurtje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kerkdeur