jihadiste
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ji·ha·dis·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jihadiste | jihadisten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de jihadiste m
- vrouwelijke variant van de jihadist, een jihadstrijdster, moslimstrijdster
- Britse jihadiste gaf al-Shabaab bevel voor vierhonderd moorden [1]
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'jihadiste' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.