jeu-de-boul

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jeu-de-boul

Werkwoord

vervoeging van
jeu-de-boulen

jeu-de-boul

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jeu-de-boulen
    • Ik jeu-de-boul. 
  2. gebiedende wijs van jeu-de-boulen
    • Jeu-de-boul! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jeu-de-boulen
    • Jeu-de-boul je?