Naar inhoud springen

ineendraaide

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·een·draai·de

Werkwoord

vervoeging van
ineendraaien

ineendraaide

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van ineendraaien
    • ... dat ik ineendraaide. 
    • ... dat jij ineendraaide. 
    • ... dat hij, zij, het ineendraaide. 

Gangbaarheid