hyperventileer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hy·per·ven·ti·leer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
hyperventileren |
hyperventileer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hyperventileren
- Ik hyperventileer.
- gebiedende wijs van hyperventileren
- Hyperventileer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hyperventileren
- Hyperventileer je?