hydrateerden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hy·dra·teer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
hydrateren |
hydrateerden
- meervoud verleden tijd van hydrateren
- Wij hydrateerden.
- Jullie hydrateerden.
- Zij hydrateerden.
- Wij hydrateerden.
vervoeging van |
---|
hydrateren |
hydrateerden