heropvoedden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- her·op·voed·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
heropvoeden |
heropvoedden
- meervoud verleden tijd van heropvoeden
- Wij heropvoedden.
- Jullie heropvoedden.
- Zij heropvoedden.
- Wij heropvoedden.
vervoeging van |
---|
heropvoeden |
heropvoedden