handvleugelig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hand·vleu·ge·lig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hand en vleugelig
stellend | |
---|---|
onverbogen | handvleugelig |
verbogen | handvleugelige |
partitief | handvleugeligs |
Bijvoeglijk naamwoord
handvleugelig [1]
- (biologie) behorend tot de orde van zoogdieren die een vlieghuid hebben tussen de romp en de sterk verlengde voorste ledematen
Gangbaarheid
- Het woord handvleugelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.