greide
Noors
Woordafbreking
- grei·de
Naar frequentie | 3127 |
---|
Bijvoeglijk naamwoord
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van greid
greide, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van greid
Schrijfwijzen
Werkwoord
greide
- verleden tijd van greie