gekap

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·kap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gekap
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het gekapo

  1. aanhoudend kritiek leveren op iets of iemand
    • Na de Berlinale blijft het gehak en gekap van de Duitse pers op Jean-Jacques Annauds jongste film Enemy at the gates verbazen. [2] 

Gangbaarheid

11 % van de Nederlanders;
24 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen