gedemobiliseerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·de·mo·bi·li·seerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van demobiliseren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | demobiliseren… |
verbogen vorm: | gedemobiliseerde |
gedemobiliseerd
- voltooid deelwoord van demobiliseren