gedemaskeerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·de·mas·keerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van demaskeren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | demaskeren… |
verbogen vorm: | gedemaskeerde |
gedemaskeerd
- voltooid deelwoord van demaskeren