gedecapiteerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·de·ca·pi·teerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van decapiteren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | decapiteren… |
verbogen vorm: | gedecapiteerde |
gedecapiteerd
- voltooid deelwoord van decapiteren