geïmmobiliseerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·im·mo·bi·li·seerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van immobiliseren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | immobiliseren… |
verbogen vorm: | geïmmobiliseerde |
geïmmobiliseerd
- voltooid deelwoord van immobiliseren