gambagavliegenvanger
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- gam·ba·ga·vlie·gen·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Gambaga en en vliegenvanger zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gambagavliegenvanger | gambagavliegenvangers |
verkleinwoord | gambagavliegenvangertje | gambagavliegenvangertjes |
Zelfstandig naamwoord
de gambagavliegenvanger m
- (zangvogels) Muscicapa gambagae een vogelsoort uit de familie van de Muscicapidae (vliegenvangers). Deze soort komt voor in westelijk, centraal en oostelijk Afrika van zuidelijk Mali tot Ghana, Kenia, Somalië en het zuidwestelijk Arabisch schiereiland
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'gambagavliegenvanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.