eremomela

Nederlands

Boven: groenkaperemomela (Eremomela scotops), onder: roesthalseremomela (E. usticollis). Illustratie van Joseph Smit .

Uitspraak

• Geluid:  eremomela    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• ere·mo·me·la

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	eremomela	eremomela's
verkleinwoord	eremomelaatje	eremomelaatjes

Zelfstandig naamwoord

eremomela

1. (zangvogels) Eremomela  een geslacht van zangvogels uit de familie Cisticolidae . Vroeger behoorde dit geslacht tot de Zangers of Zangers van de Oude Wereld (Sylviidae). Ze zijn tussen de 8,5 e 12 cm lang. Mannetje en vrouwtje zijn niet onderling verschillend. Ze hebben iets weg van zowel de krombekken als de apalissen

Hyponiemen

• bruinkoperemomela, geelbuikeremomela, grijskoperemomela, groenkaperemomela, groenrugeremomela, karoo-eremomela, roesthalseremomela, roodkaperemomela, Salvadori's eremomela, Somalische eremomela, zwarthalseremomela

Gangbaarheid

• Het woord 'eremomela' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.