emuleerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: emuleerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- emu·leer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
emuleren |
emuleerden
- meervoud verleden tijd van emuleren
- Wij emuleerden.
- Jullie emuleerden.
- Zij emuleerden.
- Wij emuleerden.