eindiging

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ein·di·ging
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eindiging eindigingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de eindigingv

  1. het tot een einde komen
    • Klein kreukelig liedje, bewaar je wijn
      voor een betere stad dan Mooi Babylon,
      hier op de oever van de Moezel, sluit
      ijlings de poorten voor de eindiging [2]
       

Gangbaarheid

80 % van de Nederlanders;
69 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. H.H. ter Balkt (2010)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het Het Liegend Konijn. Jaargang 8
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be