eenvoudigheidshalve
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- een·vou·dig·heids·hal·ve
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van eenvoudigheid met het achtervoegsel -halve en met het invoegsel -s-.
Bijwoord
eenvoudigheidshalve
- vanwege de eenvoud, uit eenvoud
- In dit verslag verwijzen we met 'hij' eenvoudigheidshalve naar mannelijke en vrouwelijke personen.
Gangbaarheid
- Het woord eenvoudigheidshalve staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.