dwarsboomden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dwars·boom·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dwarsbomen |
dwarsboomden
- meervoud verleden tijd van dwarsbomen
- Wij dwarsboomden.
- Jullie dwarsboomden.
- Zij dwarsboomden.
- Wij dwarsboomden.
vervoeging van |
---|
dwarsbomen |
dwarsboomden