doodschoot
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: doodschoot (hulp, bestand)
Woordafbreking
- dood·schoot
Werkwoord
vervoeging van |
---|
doodschieten |
doodschoot
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doodschieten
- ... dat ik doodschoot.
- ... dat jij doodschoot.
- ... dat hij, zij, het doodschoot.
- ... dat ik doodschoot.