dereguleerden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·re·gu·leer·den

Werkwoord

vervoeging van
dereguleren

dereguleerden

  1. meervoud verleden tijd van dereguleren
    • Wij dereguleerden. 
    • Jullie dereguleerden. 
    • Zij dereguleerden.