cremeerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cre·meer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
cremeren |
cremeerde
- enkelvoud verleden tijd van cremeren
- Ik cremeerde.
- Jij cremeerde.
- Hij, zij, het cremeerde.
- Ik cremeerde.
vervoeging van |
---|
cremeren |
cremeerde